Inzichten uit de SDGP-webinars: van lessen naar toekomstpaden…
27 november, 2025
Dinsdag 15 juli 2025
Environmental Protection in the Caribbean (EPIC) werkt aan het herstel van broedgebied voor twee zeevogelsoorten, de Amerikaanse dwergstern en de Caribische bruine pelikaan, op Sint Maarten. Beide soorten hebben te maken met een afnemende overvloed aan geschikte nestplaatsen. EPIC ontvangt steun van het BESTLIFE2030 programma om een nestplatform voor de Amerikaanse dwergstern te realiseren in de Simpson Bay Lagoon en om invasieve grassen te vervangen door inheemse vegetatie voor de Caribische bruine pelikaan. ‘We streven naar een robuuster ecosysteem,’ zegt Natalia Collier, medeoprichter van EPIC en programmadirecteur in de Grenadines en Sint Maarten.
Header foto: Twee Caribische Bruine Pelikanen bij Fort Amsterdam © Filippo Milani / EPIC
De milieubeschermingsinspanningen van de organisatie Environmental Protection in the Caribbean (EPIC) richten zich op twee zeevogelsoorten: de Amerikaanse dwergstern en de Caribische bruine pelikaan. Hoewel geen van beide soorten als bedreigd staat vermeld op de (wereldwijde) Rode Lijst van de IUCN, zijn ze op regionaal niveau wel bedreigd. Beide soorten hebben slechts één broedkolonie op het Nederlandse Sint Maarten en daarom zou het verdwijnen van deze zeevogels door onsuccesvol broeden leiden tot het lokaal uitsterven van de soorten. EPIC wil het broedsucces van de Amerikaanse dwergstern verbeteren door een drijvend platform te introduceren, waar ze veilig kunnen nestelen – weg van geïntroduceerde roofdieren, maar ook door mangroves te planten om hun foerageergebied te herstellen. De organisatie zal ook invasieve soorten verwijderen van de broedplaats van de Caribische bruine pelikaan en daarvoor inheemse vegetatie terug planten, waardoor er meer nestgelegenheid komt.
De Amerikaanse dwergstern (Sternula antillarum) is een kleine zeevogel (slechts 21-23 cm) die op de grond nestelt, in vlakke en open gebieden. De eieren komen na ongeveer drie weken uit en de kuikens van de Amerikaanse dwergstern verlaten het nest al na twee dagen, maar blijven in de buurt tot ze zelf kunnen vliegen. De soort heeft het echter moeilijk door een gebrek aan veilig broedgebied op Sint Maarten, omdat ze te maken hebben met predatie (voornamelijk door geïntroduceerde roofdieren), vervuiling en overstromingen.
De Caribische Bruine Pelikaan (Pelecanus occidentalis occidentalis) is een ondersoort van de Bruine Pelikaan en een iconische cultuurvogel, aangezien het de nationale vogel van Sint Maarten is. De soort dankt zijn naam aan de bruine veren op de nek en kop. Kuikens worden geboren met witte veren en jonge dieren krijgen hun herkenbare bruine veren als ze volwassen worden. De soort heeft te maken met een afnemend leefgebied door de ontwikkeling. De enige overgebleven broedplaats op het eiland is bij Fort Amsterdam.


De kolonie van de Amerikaanse dwergstern broedt naast het vliegveld van Sint Maarten, waardoor het risico van vogelaanvaringen ontstaat. Daarom wilde het EPIC-team een veilig alternatief creëren waar de Amerikaanse dwergstern kon broeden. De soort broedt in kolonies en komt vaak terug naar dezelfde plek, maar kan zich ook snel aanpassen aan veranderingen in het landschap.
De huidige status van de Amerikaanse dwergstern is, net als van veel andere vogels in het Caribisch gebied, onbekend door een gebrek aan systematische monitoring. ‘Het is moeilijk om het echte aantal te weten, maar ze gaan lokaal achteruit door alle bedreigingen waar ze mee te maken hebben. Dit zijn zowel natuurlijke bedreigingen, zoals overstromingen of predatie, als menselijke bedreigingen,’ zegt Collier, ‘Gelukkig zijn ze niet erg kieskeurig wat betreft hun nestplaats. Ze nestelen zelfs op gebouwen met platte daken.’
Het EPIC team heeft gewerkt aan een drijvend platform, met grind als onderlaag en hekken om roofdieren buiten te houden. Op het platform geplaatste houten lokvogels moeten de Amerikaanse dwergsterns aantrekken. ‘Het nestplatform werd in mei 2025 geïnstalleerd en bevindt zich op zichtafstand van het vliegveld. Het is ons gelukt om het platform in het water te krijgen voordat de vogels verschenen,’ legt Collier uit. Nu is het de vraag of de vogels daadwerkelijk gebruik zullen maken van het platform, maar er zijn al positieve signalen. ‘Ik kreeg onlangs een melding dat de Amerikaanse dwergsterns visjes aan elkaar gaven, wat baltsgedrag is. De tijd zal leren of ze het platform gaan gebruiken,’ concludeert Collier hoopvol over het platform.

EPIC werkt ook aan het verbeteren en behouden van de biodiversiteit van Sint Maarten door het planten van inheemse vegetatie. Een van hun projecten is gericht op Fort Amsterdam, de enige overgebleven broedplaats van de Caribische bruine pelikaan op het eiland. Het is privébezit en wettelijk beschermd tegen ontwikkeling vanwege de historische waarde. Het gebied is ook erkend als belangrijk vogelgebied (IBA) vanwege de aanwezigheid van de kolonie Caribische bruine pelikanen en vijf vogelsoorten met een beperkte verspreiding (groenkeelkolibrie, Antilliaanse kuifkolibrie, witbuikelenia, witoogspotlijster en Antillendikbekje) [1]BirdLife International. (2008). https://datazone.birdlife.org/publications/important-bird-areas-in-the-caribbean-key-sites-for-conservation. De Caribische Bruine Pelikaan is plaatselijk in aantallen afgenomen op Sint Maarten, waarschijnlijk als gevolg van aantasting van het milieu, ziektes, vervuiling en verstoring. ‘Historisch gezien broedden de pelikanen ook op Pelikan Rock. Orkaan Irma (2017) verwijderde echter alle vegetatie van deze plek en sindsdien zijn de pelikanen er niet meer gezien. Er zijn nog steeds pelikanen bij Fort Amsterdam en daarom is het belangrijk om deze individuen te steunen,’ zegt Collier. Dit incident benadrukt het belang van inheemse vegetatie voor de pelikanen.
Het lijkt er nu op dat het aantal pelikaannesten op Fort Amsterdam ook zorgwekkend is. ‘Toen we begonnen met het monitoren van de pelikaannesten, telden we er tientallen en nu zijn het er nog maar twee,’ onthulde Collier. ‘Er zijn veel grassen op Fort Amsterdam die de overhand nemen. De biodiversiteit neemt sterk af omdat veel dieren – van bestuivers tot vogels – hierdoor worden getroffen,’ vervolgt ze. Om deze trend te keren organiseert EPIC vrijwilligersevenementen om de grassen te verwijderen en inheemse vegetatie op die plekken te planten.


EPIC controleert de nesten om te bepalen of het planten van inheemse vegetatie de pelikanen helpt. ‘Het BESTLIFE2030 project stelt ons in staat om wekelijkse nestcontroles uit te voeren om de overlevingskansen van de kuikens te beoordelen en te volgen of de populatie zich herstelt,’ zegt Collier.

Mangrovebossen leveren cruciale ecosysteemdiensten, ze dienen als buffer tegen stormen en slaan per eenheid zelfs meer koolstof op dan bossen op het land. Ze bieden ook beschutting voor vogels en leefgebied voor vissen, waardoor de beschikbaarheid van voedsel voor zeevogels op de lange termijn toeneemt. Slechts een kwart van het originele gebied met mangrove in de Simpson Bay Lagoon op Sint Maarten is echter nog intact. De andere driekwart is verloren gegaan door bebouwing of werd ernstig beschadigd door orkaan Irma in 2017. Het behoud van de mangrovebos is van cruciaal belang in de Simpson Bay Lagoon, en in het bijzonder in de Mullet Pond, omdat deze is aangewezen als Ramsargebied, erkend als wetland van internationaal belang.
Door de sterke bebouwing langs de kust van de lagune en het ontbreken van wettelijk beschermde gebieden zijn de mogelijkheden om mangroves aan te planten echter beperkt. ‘Er is een klein eiland met enige bescherming, simpelweg omdat het te klein is om te ontwikkelen, dus hebben we daar zaailingen geplant,’ legt Collier uit. Door plastic buizen te gebruiken om elke jong boompje te omhullen, worden ze beschermd tegen de golven van voorbijvarende boten totdat hun wortels zich hebben gevestigd. EPIC heeft met deze methode meer dan 1000 mangrovezaailingen geplant, met een overlevingspercentage van 85%. Elke extra boom is een essentiële ecologische bijdrage voor Sint Maarten.

Naast natuurbehoud werkt EPIC ook aan het delen van kennis en bewustwording. ‘Een deel daarvan is kinderen laten zien wat mensen kunnen doen om natuurlijke leefgebieden van soorten te herstellen. Sommige van deze kinderen komen niet vaak in aanraking met de natuur, dus het is inspirerend om te zien hoe enthousiast ze zijn en dat ze nadenken over de toekomst van het eiland. De positieve feedback geeft ons energie om door te gaan,’ zegt Collier. Er worden educatieve borden ontworpen en geplaatst, er worden trainingen georganiseerd voor maritieme en toeristische bedrijven en het grote publiek wordt betrokken via evenementen en communicatiecampagnes.
Nu het eerste jaar van het project ten einde loopt, blikt Collier terug op de impact ervan: ‘Onze belangrijkste resultaten tot nu toe zijn het planten van de mangrovezaadjes, het organiseren van evenementen om gras te verwijderen en het plaatsen van het nestplatform. Dankzij de steun van BESTLIFE konden we het probleem van de dwergstern aanpakken en de broedgebied in Fort Amsterdam herstellen, mede dankzij de vele vrijwilligersuren.’ Maar hun werk houdt hier niet op. EPIC blijft financiering zoeken om pelikaannesten te monitoren, herstel te ondersteunen en een verschil te blijven maken – stap voor stap.
Dit project maakt deel uit van het BESTLIFE2030 programma. Het wordt gefinancierd door het LIFE-programma van de EU, een Europees subsidieprogramma voor milieu- en klimaatactie. BESTLIFE 2030 biedt financiering voor projecten die werken aan natuurbehoud en -herstel in overzeese landen en gebieden van de Europese Unie om het wereldwijde verlies aan biodiversiteit een halt toe te roepen en om te keren.
IUCN NL is het aanspreekpunt voor Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten. Deze eilanden hebben een hoge biodiversiteit, maar behoren tot de plaatsen die het meest kwetsbaar zijn voor klimaatverandering en milieudruk.
| ↑1 | BirdLife International. (2008). https://datazone.birdlife.org/publications/important-bird-areas-in-the-caribbean-key-sites-for-conservation |
|---|