Liliana Jauregui Bordones nieuwe directeur IUCN NL
28 november, 2024
Vrijdag 22 november 2024
Headerfoto: Ontbossing in het Amazonegebied. © Britta Jaschinski / IUCN NL
‘Het uitstel met een jaar van de ontbossingswet is inmiddels onvermijdelijk. De door het Europees Parlement voorgestelde wijzigingen zijn echter wel te vermijden, omdat ze nu door een meerderheid van de lidstaten zijn geblokkeerd. Dat is goed nieuws, want zij zouden de wet ernstig verzwakken. Maar in de onderhandelingen die nu volgen tussen de Raad en het Parlement kan nog veel gebeuren. IUCN NL roept de EU op om de wet niet af te zwakken of te heropenen’, zegt Coenraad Krijger, directeur van IUCN NL.
Volgens de stemming zou “no risk” gelden voor landen of regio’s met een stabiel of toegenomen bosareaal sinds 1990 die het klimaatakkoord van Parijs en internationale verdragen over mensenrechten en het voorkomen van ontbossing hebben geratificeerd.
Bovendien moeten dergelijke “no risk”-gebieden beschikken over “toegepaste regelgeving ter voorkoming van ontbossing en bosbehoud op nationaal niveau (die) strikt ten uitvoer worden gelegd, volledig transparant zijn en worden gecontroleerd”. Handelaren en exploitanten die producten op de Europese markt brengen uit deze landen of gebieden zouden nog steeds moeten verklaren dat de bossen niet zijn aangetast en dat de relevante wetgeving wordt nageleefd. In tegenstelling tot andere landen hoeven ze echter niet alle geolocatiegegevens van de productie te verstrekken of te verklaren dat er geen ontbossing heeft plaatsgevonden.
Terwijl het noodzakelijk is om ontbossing te doen verdwijnen uit de Europese handel in grondstoffen die onder de ontbossingswet vallen – zoals soja, rundvlees, palmolie, koffie, cacao, hout en rubber – creëert de aanduiding “no risk” een belangrijke maas in de wet. Zonder traceerbaarheidseisen voor deze gebieden kan de effectiviteit van de wet ernstig worden ondermijnd.
Heleen van den Hombergh, senior expert agro-commodities bij IUCN NL, waarschuwt: ‘In termen van duurzame landbouw en natuurbescherming bestaan “no risk”-gebieden niet. Bovendien kan het maken van onderscheid tussen “geen risico”-en “hoog risico”-gebieden de ongelijkheid en spanningen tussen handelslanden vergroten.
Hoewel het uitstel van een jaar te betreuren is, kan het belanghebbenden de gelegenheid geven om zich beter voor te bereiden op de uitvoering van de ontbossingswet. Deze extra tijd kan gebruikt worden om robuuste traceerbaarheids- en verificatiesystemen te ontwikkelen en te testen, die essentieel zijn voor de naleving van de verordening. Dergelijke systemen moeten niet alleen toezicht houden op ontbossingsvrije en rechtmatige productie, maar ook breder landbeheer in producerende landen ondersteunen.
Aangezien de ontbossingswet niet alle aspecten van duurzame landbouw behandelt, zouden deze systemen bovendien uitgebreid kunnen worden met informatie over ecosysteembescherming die verder gaat dan bossen en duurzame landbouwpraktijken, zoals verantwoord beheer van chemische stoffen. Zoals van den Homberghsuggereert: ‘Op deze manier zou de ontbossingswet het best haar functie kunnen vervullen om duurzamere handel in landbouwgrondstoffen te bevorderen. De invoering van de “no risk”-categorie dreigt echter het signaal af te geven dat de EU haar milieuambities terugschroeft, net nu de wereld wordt geconfronteerd met een escalerende milieucrisis.
Boris Erg, directeur van het Europese kantoor van de IUCN, benadrukt dat het leiderschap van de EU op milieugebied dringend moet worden gehandhaafd: ‘De existentiële milieucrisis waarin we leven wordt met de dag erger, en het leiderschap van de EU dat wordt getoond door de Green Deal en de doelstellingen daarvan zijn vandaag de dag meer dan noodzakelijk.’
De ontbossingswet is een hoeksteen van het milieubeleid van de EU en elke afzwakking van de bepalingen ervan zou de doeltreffendheid ervan bij het tegengaan van ontbossing in gevaar brengen. De huidige ontwikkelingen doen een kritieke vraag rijzen: zullen de nieuwe Europese instellingen vasthouden aan de milieuambities waaraan ze zich hebben gecommitteerd?
De komende onderhandelingen zullen uitwijzen of de ontbossingswet zijn potentieel als transformatief instrument voor duurzame handel kan waarmaken – of dat het de zoveelste gemiste kans zal zijn om ontbossing wereldwijd een halt toe te roepen.